Nieuw leven voor oude DC-2 in Transport Museum

Frans Tol

NIEUW-VENNEP "Ik heb nooit gedacht dat dit roestige vliegtuig nog ooit zo mooi zou kunnen worden. Chapeau voor de mensen die dat zo prachtig gedaan hebben." Anne Cor Groeneveld, oprichter van de Dutch Dakota Association (DDA), had zijn Douglas DC-2 uit 1934 aan het Nederlands Transport Museum geschonken omdat hij hoopte dat het toestel een betere toekomst tegemoet zou gaan. "Het toestel had niet beter terecht kunnen komen. Dankzij deze mensen is nieuw leven gegeven aan een stuk historie."

Vrijdagmiddag 13 juli onthulde hij het toestel samen met de glunderende museumoprichter Arno van der Holst. "Dit bijzondere vliegtuig, dat echt een roestbak geworden was, ziet er nu echt beter uit dan ik had kunnen dromen." Op 31 oktober 2017 hadden zij een overeenkomst gesloten. Het toestel zou weer gedemonteerd worden en in delen vervoerd gaan worden naar het Nederlands Transportmuseum in Nieuw-Vennep.

TOEKOMST Vrijdag benadrukte voormalig vlieger Groeneveld het waarom. "Een land dat zijn verleden niet koestert, is zijn toekomst niet waard. En dat koesteren doet dit museum." Het toestel met het nummer 1288 werd in 1934 door Douglas gebouwd van metaal. Een hele vooruitgang na de linnen vliegtuigen van Fokker. In datzelfde jaar werd het naar Melbourne gevlogen en zou jaren lang dienst doen in Australië.

De aankoop door de DDA werd in 1987 gedaan en het toestel werd op 25 februari dat jaar als PH-AJU geregistreerd. Daarna zijn delen van de DC-2 al door NedLoyd op transport gezet naar Oostende en Rotterdam. Het vervoer van de romp was een ander verhaal. De kapitein van de Zuiderkruis beloofde het transport te verzorgen, maar stierf voordat hij zijn belofte kon waarmaken. De nieuwe kapitein zag het transport niet zitten omdat de hangardeur daardoor niet gesloten kon worden. Hij dreigde zelfs het rompstuk over boord te kieperen. Voor behoud volgde er overleg met het ministerie van Defensie. Toen de DDA jaren later echter geen toekomst meer zag voor de 1288, heeft Groeneveld het toestel maar overgenomen.

ROESTLAAG Eind april was het transport naar Nieuw-Vennep. Vanaf dat moment is er door tientallen vrijwilligers keihard gewerkt om het toestel van de roestlaag te ontdoen. Vrijdag bleek het trots te staan blinken, er waren zelfs gordijntjes voor de ramen en nieuwe belettering. Op korte afstand stond Cees van de Wetering, mede-oprichter van het transportmuseum, te kijken naar de onthulling. "Het toestel is nog wel lang niet af maar tenminste goed toonbaar. De motoren hebben nog geen kappen want die worden gebruikt voor de musical 'Soldaat van Oranje'. De keuze voor dit moment valt samen met de start van de zomervakantie. Wij willen graag laten weten dat wij dan 7 dagen in de week geopend zijn."

Het Nederlands Transportmuseum zal nog enkele jaren in het voormalige Bols/Fokker-gebouw blijven, maar wil zich toch definitief vestigen in Park21. Maar voordat dat zover is, zullen nog heel wat drempels genomen moeten worden.