Te weinig bewijs voor letsel na Vennepse burenruzie

HAARLEMMERMEER De rechtbank in Haarlem heeft werkstraffen opgelegd aan een stel uit Nieuw-Vennep vanwege het mishandelen van de buurman. Het Openbaar Ministerie (OM) had hen eigenlijk beschuldigd van een mishandeling met zwaar lichamelijk letsel als gevolg, maar het dossier bevatte volgens de rechters enkel bewijs voor mishandeling.

Het slachtoffer stelde in zijn aangifte dat hij nietsvermoedend aan zijn fiets zat de klussen toen de buurman, de 40-jarige R. Z., plotseling binnen kwam stormen. Het slachtoffer zou verschillende klappen hebben gekregen, waardoor hij achterover viel. Hij verklaarde dat hij door de mishandeling ten val kwam, en door een scherf van een gebroken vaas een slagaderlijke bloeding opliep. Hij zou zijn verwondingen maar net hebben overleefd, en gaf aan nog altijd last te hebben van zijn been. De buren hadden al langere tijd ruzie met elkaar in verband met het parkeren in de buurt van de woningen.

Het Openbaar Ministerie had tegen R. Z. een werkstraf van 120 uur geëist vanwege mishandeling met zwaar lichamelijk letsel als gevolg. Tegen zijn vrouw J. van Z. (40) was wegens medeplichtigheid een werkstraf van 30 uur gevorderd. De vrouw kwam vlak voor de mishandeling naar buiten en dekte met een kledingstuk de beveiligingscamera in de voordeur van het slachtoffer af. Als ze dat niet had gedaan, was de mishandeling waarschijnlijk door de camera vastgelegd.

Omdat de Haarlemse rechtbank een minder zwaar feit bewezen achtte dan het OM, viel de straf voor R. Z. uiteindelijk lager uit dan gevorderd. Hij kreeg een werkstraf van 60 uur opgelegd. Zijn vrouw kreeg wel de gevraagde werkstraf van 30 uur. Het stel moet daarnaast een schadevergoeding van 3.300 euro aan het slachtoffer betalen, waarvan 2.500 euro smartengeld. Het slachtoffer had een veel hogere schadevergoeding gevraagd. De betrokken Venneppers wonen inmiddels niet meer naast elkaar.

Door Joost Verhagen