Deze week aan het woord: Horzel

6 maart 2008 om 00:00 Nieuws De beproeving va n Wilders Filmproducent, mediamagneet en politicus Geert Wilders heeft het opnieuw voor elkaar: al een maand lang wordt er in de Kamer en de huiskamer gesproken over zijn korte film Fitna, ‘beproeving’. Tot zover is het echter voornamelijk Wilders die op de proef wordt gesteld. Nog voordat de film is vertoond heeft Al-Qaida opgeroepen tot een jihad, is er al een antifilm in elkaar geklust, wordt er in Afghanistan tegen hem geprotesteerd en circuleert overal op het internet die foto met die pen in zijn neus. Ondertussen is de anti-koranfilm de spil geworden in een steeds luider aanzwellend debat over de vrijheid van meningsuiting. Niemand betwist dat Wilders staat voor een principe dat in een gezonde democratie gewaarborgd moet worden: je mag zeggen wat je wil, en je mag ook best kritiek hebben op iemands godsdienst. Maar voorlopig lijken er maar een paar politici van het CDA te zijn die begrijpen dat dat grondrecht gepaard gaat met de plicht er voorzichtig mee om te gaan. De PvdA en VVD hebben zich de afgelopen week zowel dom als laf getoond door te beweren dat het uitbrengen van de film Wilders’ eigen verantwoordelijkheid is. Laf, omdat ze zo niet hoeven te kiezen en vanaf de zijlijn kunnen kijken hoe het uitpakt; is verkiezingstechnisch ook beter. Dom, omdat de film consequenties kan hebben die Wilders of wie dan ook in het geheel niet kunnen overzien: meer dreiging in Afghanistan, aanslagen op ambassades, gevaar voor de Nederlandse medewerkers van allerlei ontwikkelingsorganisaties. Dat Wilders zijn eigen leven in de waagschaal heeft gelegd voor zijn overtuigingen is in principe prijzenswaardig, maar geeft dat hem ook het recht andermans levens te riskeren? Het is overigens nog maar zeer de vraag of de film wordt uitgezonden. Het lijkt me niet dat Nederlandse zenders staan te trappelen. En zelfs YouTube heeft regels: geen filmpjes die blijk geven van haat richting andere rassen of religies. Maar we zouden Wilders onderschatten als we geloven dat hij dit niet had voorzien. Zelfs als hij de film niet krijgt uitgezonden, kan hij dat weer prima gebruiken: ik kan mij nu al voorstellen hoe hij verontwaardigd zijn beklag doet over de ondemocratische wijze waarop de politiek en de maatschappij hem de mond snoeren. Alle publiciteit is goede publiciteit. Je zou je zelfs gaan afvragen of die film überhaupt wel bestaat. Horzel