‘We gaan door met ons project’

22 oktober 2009 om 00:00 Nieuws

Hoogopgeleide Somaliërs in het buitenland strijden al jaren tegen die situatie. Ze proberen hun relaties in Nederland en in Somalië voor te lichten over de schade die zo’n traditie kan aanbrengen. Een aantal van de initiatiefnemers woont in Haarlemmermeer en richtte de stichting SADO (Somalia Aid and Development Organisation) op. Eén van de bestuursleden is Maryan Mohamed Mohamud. Volgens haar is meisjesbesnijdenis een traditie die niet in korte tijd uit de maatschappij verwijderd kan worden.

Maryan Mohamed Mohamud blijft zich inzetten voor Somalië HOOFDDORP - Somalië, in de Hoorn van Afrika, woedt al jarenlang een burgeroorlog. Clans vechten tegen clans, provincies vechten tegen provincies. Van een normaal functionerende regering is geen sprake. Het analfabetisme onder de bevolking is één van de hoogste ter wereld. In zo’n situatie blijft daar een verschrikkelijke traditie gehandhaafd: meisjesbesnijdenis.

Dat liet zij weten tijdens een bijeenkomst in de Praktijkschool Koningin Emma ter afsluiting van het project ‘Preventie en voorlichting meisjesbesnijdenis’ van de stichting SADO. “Er staat nergens in de Koran dat meisjes en vrouwen besneden moeten worden”, aldus Maryan Mohamed Mohamud. “Er is geen wet dat het moet. Het gebeurt omdat het altijd zo gebeurde. Vaak zorgen de oma’s ervoor dat hun kleindochters besneden worden. Omdat het een traditie is in ons land, is het heel moeilijk om daarin verandering te brengen.”

Zelf ervaart ze dat tradities sterker zijn dan de religies. Daardoor kost een bepaald doel bereiken veel tijd en veel werk. “Daarom hebben we, samen met andere Somalische vluchtelingen die in Haarlemmermeer wonen, besloten door te gaan met het preventie- en voorlichtingsproject. We willen het komende seizoen bijeenkomsten organiseren voor meer doelgroepen. We gaan tevens aandacht besteden aan de gezondheid, de voeding en bewegen. En we gaan ons bezighouden met het Nederlands. De vrouwen hebben aangegeven dat zij zich graag verder willen bekwamen in het schrijven van het Nederlands. Voor de mannen organiseert de stichting SADO sportieve bijeenkomsten.”

Een andere, niet onbelangrijke, rol die de SADO speelt is het ‘wegwijzen’ van nieuwkomers en dan met name nieuwkomers uit Somalië. Volgens Abdi Ahmed, voorzitter van SADO en de man van Maryan, is dit een bijzonder belangrijke rol gezien het analfabetisme onder de bevolking.

“Daar in Somalië is al jaren geen rustige situatie. Mensen of ‘partijen’ zijn veel meer bezig met vechten tegen elkaar dan met hun ontwikkeling voor een goed leven. Maar doen wij ons best. We willen dat tenminste de jongste generatie, de kinderen, naar school gaan. Zo kunnen ze leren waardoor ze later goed voor zichzelf en hun familie kunnen zorgen. Daarom hebben we het afgelopen jaar geld ingezameld voor scholen in Somalië. Die scholen zijn nu klaar, dus nu gaan we werken aan het volgende doel. Door analfabetisme is er geen sprake van ontwikkeling, zonder scholen kunnen we ons doel nooit bereiken. Daarom zijn we ook zo blij met de hulp die we krijgen van onze Nederlandse vrienden om ons doel te bereiken.”

Maryan Mohamed Mohamuds droom gaat nog een stap verder. Zodra de oorlog over is en Somalië politiek stabiel, wil zij de kinderen en vrouwen in haar land helpen om een goede toekomst op te bouwen. Zij wil gezondheidscentra en consultatiebureaus bouwen en jonge mensen opleiden om daar te werken.

Mail de redactie
Meld een correctie

advertentie
advertentie