'Belofte lokale omroep om nu al met televisie te starten was niet reëel'

HOOFDDORP - Als lokale omroep hebben we ons verkeken op de complexiteit van het televisiegebeuren. En: de belofte om nu al te starten met televisie was niet reëel. Dat - en veel meer - zegt de directeur van MeerRadio&MeerTelevisie Henk Schiffer.

Een interview met hem over toen, nu en straks.

Het is donderdagmiddag als directeur Henk Schiffer zijn stoel achter zijn bureau schuift, er goed voor gaat zitten, de telefoon heeft doorverbonden en zijn agenda voor een groot deel leeggemaakt. Hij heeft positief gereageerd op het verzoek om het jaar 2012 nog eens te overzien, even stil te staan en de plannen voor 2013 (en verder) te ontvouwen.

Hij doet dat graag, heeft hij al op voorhand laten weten, want 'er valt heel wat te uit te leggen over de lokale omroep'. De afspraak is overigens dat hij dat aan de hand van een drieslag mag doen: wat trof hij aan toen hij kwam, hoe is de stand van zaken nu, en hoe gaat het verder. En natuurlijk passeert dan het conflict met - nu - een groepje oud-medewerkers, een tweetal rechtszaken (hetgeen hij nog steeds betreurenswaardig vindt), de belofte aan de raad om met televisie te komen ('die belofte was niet reëel') en de kijk- en luisterdichtheid.

Toen

Hij hoeft er niet lang over na te denken wanneer hij voor het eerst kennis maakte met MeerRadio&MeerTelevisie. Dat was in de periode dat de lokale omroep druk doende was de locatie aan de Binnenweg (in het gebouw van de bibliotheek) te ontmantelen. Dozen vol kabels en aanverwante apparatuur werden verhuisd naar de huidige locatie, aan de Kruisweg, in de schaduw van de Joannes de Doperkerk. Ruim, schoon, warm, met ruimte voor een radio- en televisiestudio, hét ideale plaatje voor een vrijwilligersorganisatie als MeerRadio&MeerTelevisie.

Andries Stokvis, bestuurslid, had hem benaderd voor de baan als directeur. Mede op verzoek van de gemeente die de omroep verder wenste te professionaliseren. Henk Schiffer was op dat moment niet aan een baas gebonden (want gepensioneerd), had de nodige affiniteit met televisie en geschreven media (onder andere via Sony), en wilde er wel over nadenken. Het werd een ja, na gesprekken met het bestuur en met de Raad van Toezicht over zijn taakomschrijving.

,,Uit die ontmoetingen werd mij al snel duidelijk dat er veel enthousiaste vrijwilligers actief waren. Het bestuur had de nodige ambitie. Ik kon aan de slag met radio en plannen voor t.v. De omroep was al een keer uitgeroepen tot beste lokale omroep van Nederland. Alles bij elkaar opgeteld een fantastische uitdaging.''

Die uitdaging bleef, het liep alleen niet helemaal zoals verwacht en gehoopt. Binnen de grote groep vrijwilligers vormde zich al snel een kleine groep die de gang van zaken op z'n zachtst gezegd betreurde. De gesprekken die volgden leiden niet tot overeenstemming - de groep trok zich terug.

Henk Schiffer, terugkijkend op die periode: ,,Ik begrijp dat de bestaande groep vrijwilligers verrast was door mijn aanstelling en dat we aan elkaar moesten wennen. Een nieuwe bezem veegt nu eenmaal anders. Maar we moeten wel verder.''

Meer wil en kán hij er ook niet over zeggen, omdat daarover nu eenmaal afspraken zijn gemaakt in het kader van de rechtszaak. Het enige dat hij er nog wel over kan zeggen is dat de hele kwestie zeker niet heeft bijgedragen aan het realiseren en waarmaken van de ambitieuze plannen die de raad vorig jaar kreeg voorgeschoteld: meer televisie. ,,Maar daar zijn meer oorzaken voor aan te wijzen.''

Nu

En vervolgens: ,,Er werken hier op dit moment zo'n 130 vrijwilligers. Allemaal enthousiaste mensen die hun passie voor radio of tv waar willen maken. Mensen met hart voor de zaak. Want realiseer je wel dat heel wat vrijwilligers meer plezier in deze hobby hebben dan in hun reguliere baan. Dat is fantastisch natuurlijk, maar het is meteen ook een probleem. Want ik heb de afgelopen maanden heel goede mensen zien weggaan, omdat ze zo goed zijn en elders een betaalde baan hebben gevonden.''

Vervolgens: ,,Eén van de redenen om aan deze baan te beginnen, is het werken met mensen. Dat vond ik toen al een uitdaging, dat vind ik nog steeds. Deze vrijwilligers weten namelijk dat vrijwillig niet betekent vrijblijvend. Er is een grote sociale controle binnen de groep. Afspraak is afspraak. Daarom is het des te betreurenswaardiger dat we die belofte van televisie nog niet volledig kunnen waarmaken.''

En dan zijn er nog, aldus de directeur, de externe factoren zoals de hoeveelheid werk en het moeizame overleg met andere partijen (zoals de kabelaar). En denk aan de economische malaise die ook MeerRadio&MeerTelevisie trof. Voor de lokale omroep een reden te meer om hard op zoek te gaan naar adverteerders en sponsoren om, met name de televisie, als volwaardig product aan Haarlemmermeer aan te kunnen bieden.

,,Bij het doen van die belofte stonden wij daar volledig achter. Maar we moeten erkennen dat we ons verkeken hebben op de complexiteit van het televisiegebeuren.''

Over het 'nog te weinig televisie' zijn inmiddels de nodige gesprekken geweest met wethouder Van Dijk. Terecht, vindt Henk Schiffer, dat de wethouder de lokale omroep erop aangesproken heeft.

,,Die signalen hebben we opgepakt en intern zijn er de nodige afspraken gemaakt. We zijn keihard aan het werk.'' Zelf ervaart hij het niet als te laat. ,,Er is al veel gedaan en ja, er is nog veel te doen. Maar het komt er aan. Wij komen er aan.''

Ter bevestiging noemt hij voorbeelden als het wekelijks vanuit de studio gepresenteerd MeerNieuws, het wekelijks MKB-programma (ook gepresenteerd vanuit de eigen studio), het Meer op Wielen (een maandelijks autoprogramma) en Meer in de Middag.

Voor 2013 staan programma's op de rol over de historie van Haarlemmermeer (in samenwerking met o.a. het Historisch Museum), een programma over de culturele activiteiten (PuurCultuur) en live-verslagen van sportactiviteiten.

Straks

Afsluitend: ,,Haarlemmermeer heeft recht op een lokale omroep. Juist deze gemeente 'waar het allemaal gebeurt'. Als je ziet hoeveel activiteiten er zijn in deze polder, dan weet je dat er genoeg is om te laten horen en zien. Daar zijn we al mee begonnen - kijk naar onze programmering met veel nieuwe rubrieken - en daar gaan we uiteraard mee door. Ook op commercieel gebied timmeren we volop aan de weg. En ja, dan hebben we het tij niet mee, net als zoveel andere bedrijven. Maar ik ben en blijf ervan overtuigd dat wij het gaan maken. Deze lokale omroep heeft de toekomst.''