'Minimabeleid ook voor andere groepen armen'

HOOFDDORP - De gemeenteraad gaat binnenkort bekijken of het gemeentelijke minimabeleid ook voor andere groepen kan gelden die niet veel te besteden hebben. Dat is vorige week afgesproken tijdens een debat over het onderzoek van de Rekenkamer, 'Ruimhartig en begrensd', naar het minimabeleid.

Het minimabeleid is er nu voor huishoudens die een inkomen hebben tot 120 procent van het wettelijk minimum. Voor die inwoners met een smalle beurs bestaan er meerdere regelingen. Raadslid Michel van Dijk wees erop dat meerdere groepen het moeilijk hebben door de economische crisis die nog niet voorbij is. Hij noemde met name zelfstandigen zonder personeel (zzp'ers), mensen die een scheiding achter de rug hebben en inwoners die plotseling werkloos worden en op extreem hoge lasten zitten. Meerdere fracties waren het erover eens dat hier in een aparte vergadering nog eens naar moet worden gekeken.

De rekenkamercommissie (RKC) heeft in het onderzoek vastgesteld dat het minimabeleid in Haarlemmermeer 'ruimhartig' is, maar dat de effecten moeilijk meetbaar zijn. Diverse partijen roemden de helderheid van het onderzoek.

De VVD vormde daarop een uitzondering. Raadslid Marco Jonkhout zei het onderzoek weliswaar sympathiek te vinden, maar hij vroeg zich af wat 'we ermee kunnen'.

De VVD wil niet dat de gemeente meer moeite neemt om niet bereikte minima toch te benaderen. Jonkhout sprak over 'stoppen met flyeren'. "De gemeente heeft nu genoeg gedaan."

De opmerking over het flyeren schoot GroenLinks-raadslid Herman Tuning in het verkeerde keelgat. "Daar zakt mijn broek van op mijn enkels." Pas nadat VVD'er Jonkhout zijn uitspraken enigszins nuanceerde, was Tuning gerustgesteld.

Jonkhout bleef erbij dat mensen niet moeten worden gestimuleerd om lang in de bijstand te blijven. Iedereen met een bijstandsuitkering moet snel weer aan het werk, zo benadrukte hij. "De bijstand is alleen een trampoline."