De Hoofddorpse ‘Veekay’ gelooft erin: jongste winnaar ooit van Indy 500 worden

INDIANAPOLIS Autocoureur Rinus van Kalmthout start zondag als jongste coureur ooit vanaf de eerste startrij in de Indy 500 en de 20-jarige Hoofddorper is van plan de jongste winnaar ooit van de beroemde autorace op de ‘Brickyard’ te worden. “Ik denk dat het kan”, zegt de talentvolle coureur, beter bekend als ‘Rinus Veekay’, die door zijn overwinning een kleine twee weken geleden in de GMR Grand Prix op het circuit van Indianapolis blaakt van het zelfvertrouwen.

“Vooropgesteld, ik heb een hele goede auto. De Chevrolet is snel. In de kwalificatie tikte ik gemiddeld 372 kilometer per uur aan. Maar ik durf wel te stellen dat ik een betere coureur ben dan vorig jaar, toen ik mijn debuut maakte en alles nieuw was. Ik ben nu zo veel verder en heb zo veel geleerd. Ik wil zeker niet overmoedig zijn, maar denk echt dat het mogelijk is. Ik ga in ieder geval vol voor die overwinning.”

Ook in de Amerikaanse pers wordt de naam van Veekay veelvuldig genoemd als kanshebber. Hij kan zijn idool en mentor Arie Luyendijk opvolgen, die in 1990 en 1997 de Indy 500 op zijn naam schreef en daarmee Nederlandse autosporthistorie schreef. De race over 200 ronden op de ‘Oval’ van Indianapolis staat qua prestige in het rijtje van de 24 Uur van Le Mans en de Grand Prix van Monaco. “Ik merk wel dat er meer aandacht voor mij is van de media. Niet alleen hier in Amerika, maar ook in Nederland. Ik vind het wel leuk, het leidt me zeker niet af van de race.”

Veekay heeft zondag in de startopstelling twee geduchte concurrenten voor hem staan: Scott Dixon en Colton Herta. Het liefst haalt hij ze meteen na de start in de eerste ronde in. “Als ik een gaatje zie, zal ik daar zeker gebruik van maken en mijn kans grijpen. Maar wegrijden van het veld is onmogelijk en dus moet ik me afvragen of het verstandig is om snel aan de leiding te komen. Degene die aan kop rijdt, verbruikt ook de meeste brandstof. Bovenal is de Indy 500 een lange race waarbij de beslissingen meestal vallen in de laatste 20, 25 ronden. Dan rijdt iedereen met het mes tussen de tanden.”

Een betere strategie is wellicht wat minder driest te starten en goed positie te kiezen, denkt de coureur. “Als het me lukt om steeds bij de eerste vijf te rijden, is er veel mogelijk. Dan moet ik vooral geen fouten maken en doordacht rijden. Ik zal niet meer de fout maken die me vorig jaar een goede klassering kostte. Ik weet nu precies wat ik moet doen”, refereert Van Kalmthout aan de mislukte pitstop tijdens zijn debuutrace vorig jaar. Hij kwam te hard aanrijden en raakte voor hij zijn wagen tot stilstand bracht een medewerker van de crew.

Maar Veekay weet inmiddels ook dat hij niet alles in de hand heeft. De Indy 500 staat doorgaans garant voor crashes en plotselinge schuivers. Niet zelden knallen de auto’s op de beruchte betonnen muur langs de buitenkant van de ‘Oval’. “Een race met alleen de groene vlag zal niet gebeuren, de Indy 500 kiest vaak zijn eigen winnaar. Maar ik heb er zin in. Ik ben vol vertrouwen, het team is supergemotiveerd en mijn teambaas Ed Carpenter staat er met de vierde startplek ook goed bij. Dat kan ook strategisch van belang zijn.”