Groeiende schuldenlast baart gemeenteraad zorgen

HOOFDDORP De gemeenteraad maakt zich grote zorgen over de sterk oplopende schuldenlast van de gemeente. Dat bleek donderdag tijdens het debat over de gemeentebegroting. De zorg had tot gevolg dat de fracties van GroenLinks en Forza! tegen de begroting stemden.

Uit de begroting blijkt dat de gemeente op dit moment een schuld heeft van ruim 520 miljoen euro. De verwachting is dat die in 2020 door allerlei investeringen kan zijn gegroeid tot zo'n 700 miljoen euro. Een raadsmeerderheid vond dat die trend moet worden tegengegaan.

Het toeval wilde dat wethouder Derk Reneman van Financiën donderdagmiddag enkele uren voor de begrotingsbehandeling juist een voorstel naar de gemeenteraad stuurde om de schuldenlast van de gemeente beheersbaar te houden.

In een toelichting zei Reneman dat er de komende vijf tot zes jaar nog niet zoveel aan de hand is, maar dat er daarna problemen kunnen ontstaan. Volgens hem moeten toekomstige colleges daarom hun bestuurlijke ambities aanpassen. Het huidige college kan daar al mee beginnen door niet te veel geld meer te lenen.

De wethouder zei dat het geld tot voor kort 'tegen de plinten opklotste' in Haarlemmermeer. "Er was gewoon altijd geld. En als het er niet was, leende je het gewoon." Volgens de wethouder is er nu nog geen vuiltje aan de lucht, omdat de gemeente nog altijd een flink gevulde spaarpot heeft en bovendien over veel lucratieve gronden beschikt.

Dat nam niet weg dat veel fracties zich enkele uren later in de gemeenteraad flinke zorgen maakten. Die zorgen gingen dus vooral over de langere termijn, want op korte termijn worden er alleen maar overschotten verwacht. De financiële voorspellingen zijn zo voorspoedig dat CDA-raadslid Arie Noomen zich afvroeg of de gemeente niet wat aan het achterstalling onderhoud in de openbare ruimte kan doen.

Noomen vond dat wethouder Marjolein Steffens-van de Water van Beheer en Onderhoud zich onvoldoende hard heeft gemaakt om daarvoor extra geld vrij te maken. De wethouder reageerde dat het college juist een niveau van onderhoud heeft ingevoerd die door de raad zelf is vastgesteld. Als er meer onderhoud moet komen, zou de raad dat weer moeten regelen, zo vond de wethouder.

Het begrotingsdebat eindigde met de merkwaardige conclusie dat een op zich rijke gemeente als Haarlemmermeer zich toch zorgen moeten maken over haar toekomst.